Was het buikspek, snijd het in grote stukken en doe het in een grote pan.
Voeg voldoende water toe om het buikspek te bedekken.
Voeg 1 eetlepel zout, peperkorrels, knoflook en laurier toe.
Dek af en breng het aan de kook, zet dan het vuur lager om 45 minuten te laten sudderen of tot het varkensvlees zacht is. Verwijder al het schuim dat opstijgt.
Haal het vlees uit de pan en doe het in een vergiet. Laat het even staan zodat de vloeistof weg kan lopen. Prik meerdere keren in de huid met een vork en droog het geheel indien nodig met keukenpapier. Bewaar het enkele uren gekoeld. Je moet het helemaal afkoelen voor de schil om die mooie knapperige textuur te krijgen als je het bakt.
Haal het vlees uit de koelkast, snijd het in ongeveer 4 gelijke stukken van 3 inch dik en wrijf de resterende eetlepels zout over het vlees.
Verhit voldoende bakolie in een grote kawali, frituurpan of wok en frituur het buikspek op laag vuur gedurende 30 minuten of tot het varkensvlees goudbruin is. De truc hier is om een laag vuur te gebruiken, zodat je niet zoveel oliespatten krijgt en je het langer kunt braden. Chicharon of lechon kawali worden bijvoorbeeld op hoog vuur gebakken.
Haal het buikspek uit de kawali en laat de olie uitlekken in een vergiet of met keukenpapier. Laat daarna volledig afkoelen.
Verhit dezelfde olie op matig vuur en frituur het buikspek nogmaals ongeveer 5 minuten of tot ze goudbruin zijn. Er moeten knapperige blaren op de huid verschijnen. Laat het vlees uitlekken op keukenpapier.
Snijd het bagnet in stukken en serveer direct met een selectie sukang Ilokos of tomaten en uien met bagoong isda dip of alamang.