Week de kombu ongeveer 1 uur voordat je begint met koken of laat hem een nacht staan om hem klaar te hebben op de dag dat je kookt. Als je weinig tijd hebt, laat het dan gewoon weken terwijl je de soep gaat maken.
Kook 2 eieren tot ze hard zijn. Leg ze na het koken opzij.
Voeg in een pan de kombu en het kombu-water toe en breng op middelhoog vuur aan de kook. Wanneer het water begint te koken, verwijder je de kombu-stukjes en zet je ze apart voor later gebruik of gooi ze weg.
Voeg nu de bonitovlokken toe en laat ongeveer 30 seconden sudderen.
Zet het vuur uit en laat de bonitovlokken 10 minuten sudderen in de dashi.
Laat na 10 minuten de bouillon uitlekken en verwijder alle stukjes. Je zou nu een lichtgele, heldere bouillon moeten hebben.
Voeg de sojasaus, mirin, sake en zout toe en roer. Breng het aan de kook en leg het opzij.
Snijd de groene ui of lente-uitjes in kleine stukjes.
Schil de eieren en snijd ze doormidden.
Breng water aan de kook en kook de sobanoedels volgens de verpakkingsinstructies of gewoonlijk 4-5 minuten.
Giet de sobanoedels af en laat ze een paar seconden onder koud water lopen om het resterende zetmeel te verwijderen.
Leg de noedels in de kommen, voeg de dashi-soep toe en garneer met lente-uitjes en twee eierhelften. Nu ben je klaar om van de hete soep te genieten!